Is onze huidige democratie nog wel toegerust voor de problemen van de 21-ste eeuw? Dat is een vraag die je vaak hoort stellen. Als ik de antwoorden goed beluister, is de verwarring eigenlijk compleet. Want aan de ene kant hoor je dat de politiek onder invloed van sociale media ‘te hysterisch’ en ‘te emotioneel’ opereert, en aan de andere kant hoor je, niet minder stellig, dat diezelfde politiek juist ‘te star’ is, ‘naar binnen gekeerd’. Deze kritiek lijkt onderling tegenstrijdig: teveel beweging versus te weinig beweging. Maar is er werkelijk sprake van tegenstrijdigheid? Kan meer openheid, optimisme en het uitspreken van vertrouwen richting de kiezer (antwoord op het tweede kritiekpunt) niet tot gevolg hebben dat de politiek, van het lokale tot het internationale niveau, zich veel minder genoodzaakt voelt tot nodeloos ferme en extreme uitspraken, enkel en alleen om zich te profileren, ‘in beeld te komen’ (antwoord op eerste kritiekpunt)?
Als bevlogen reisondernemer, bij wie menselijk contact wezenlijk onderdeel is van het businessmodel, kijk ik niet in de eerste plaats naar regels en procedures, zoals de politiek vaak doet, maar naar het type mens dat in mijn geval het klantcontact verzorgt. Naar welke ‘energie’ een individuele man of vrouw met zich meebrengt. In de wetenschap dat die ‘energie’ veel meer bepalend is voor het eindresultaat, dan welke regel of procedure ook. Het is geen toeval dat er in mijn bedrijf veel meer vrouwen werken dan mannen. De reden hiervoor is vrij simpel. Mijn ervaring is dat vrouwen makkelijker contact maken met klanten, er oprecht voor openstaan naar hen te luisteren en daarna, als het op uitvoering uitkomt, preciezer en degelijker te werk gaan. Samenvattend: vrouwen hebben vaak minder last van hun ego, zijn minder gevoelig voor de waan van de dag en houden beter zicht op het (lange termijn) doel. Precies het soort ‘energie’ waar ikzelf door geraakt wordt, waar mijn bedrijf wel bij vaart, maar dat in veel politieke arena’s momenteel ondervertegenwoordigd is, of soms zelfs ontbreekt.
Je kunt, kortom, na eindeloos vergaderen wel proberen onze democratie nieuw leven in te blazen met doordachte stelselwijzigingen en nieuwe bestuursmodellen, maar als de arena vervolgens door dezelfde mensen gedomineerd blijft worden (vaak blanke, middelbare mannen), zal dezelfde ‘energie’ de boventoon voeren. En verandert er weinig in de politiek.
Ziehier de ‘kern’ van mijn motivatie plaats te nemen in de jury van de Ribbius Peletier penning. Deze penning is bedoeld voor vrouwen die zich niet alleen hebben bewezen in de politiek, maar door hun manier van optreden ook andere vrouwen stimuleren de vaak nog moeilijke stap te zetten om politiek actief te worden – en niet, zoals gebruikelijk, aan de zijlijn te blijven staan. Het is geen overbodige luxe deze ‘rolmodellen’ via een onderscheiding extra onder de aandacht te brengen. Zij zijn de sleutel naar hopelijk nieuwe generaties vrouwen die de keuze voor een politieke carrière, veel meer dan nu het geval is, als normaal zullen beschouwen. Behalve het enthousiasmeren van vrouwen hun politieke vleugels uit te slaan, zullen deze rolmodellen in het ideale geval laten zien dat het ‘gezicht’ van de politiek daadwerkelijk veranderd kan worden. Bijvoorbeeld door partijoverstijgend contacten te leggen en naar oplossingen te zoeken.
Precies honderd jaar na invoering van het actief vrouwenkiesrecht (het recht om zelf te stemmen) in 1919 lijkt onze democratie te snakken naar de nieuwe ‘energie’ die ik zojuist heb omschreven. Zeker bij gevoelige onderwerpen als migratie, vergrijzing en klimaat – die met lichtsnelheid op ons afkomen – neemt de urgentie van een samenhangende, consistente en sociaal vaardige politiek alleen maar toe. Meer vrouwen zijn daarbij onmisbaar. Als initiatiefnemer van de Young Lady Business Academy, een non profit opleiding waar jonge vrouwen hun ambities leren uit te spreken en te vieren, probeer ik daar mijn bijdrage aan te leveren. Door het zelfvertrouwen onder nieuwe generaties vrouwen te verhogen. En de vaardigheden om hun professionele droom daadwerkelijk te realiseren naar een hoger plan te tillen.
Tot slot…
Dat mijn eigen provincie, Noord-Holland, met het instellen van de Ribbius Peletier penning de noodzaak van een vrouwelijke impuls in de politieke arena ondersteunt en aanmoedigt, is voor mij een extra reden de komende jaren vol werklust, en als het even kan ook zo zichtbaar mogelijk, invulling te geven aan mijn jurylidmaatschap.
Elske Doets